Ratten zijn slimme dieren. Als je een rat in een kooi zet en hem eten geeft telkens hij op een hendeltje duwt, dan krijgt dat dier al snel in de gaten hoe het werkt. Dan gaat hij lekker veel op dat hendeltje duwen om aan eten te komen. Maar na een tijdje heeft hij het wel gehad, en laat hij het hendeltje links liggen.
Als je wil dat die rat als een gek op dat hendeltje blijft duwen, moet je het anders aanpakken, zo ontdekte de Amerikaanse gedragspsycholoog B.F. Skinner in de jaren ´50. Dan moet je hem niet élke keer als hij op dat hendeltje duwt eten geven, maar op onvoorspelbare momenten (*). Dus dan duwt de rat op dat hendeltje, en komt er eten. Dan duwt hij er nog een paar keer op, maar er komt niks. Net voor hij het wil opgeven, duwt hij toch nog een paar keer, en dan valt er plots weer eten in zijn bakje. Als je een dier daaraan gewoon maakt, krijg je hem met geen stokken meer van dat hendeltje af.
Dit is het mechanisme dat gebruikt wordt bij gokautomaten. Af en toe win je, maar je kan onmogelijk voorspellen wanneer. En dat maakt het ontzettend verslavend.
Een equivalent van dat hendeltje dragen we allemaal op zak. Het is de pull-to-refresh functie, waarbij je met je vinger over het scherm schuift om nieuwe berichten te zien. De meeste van die berichten zijn niet interessant. Maar van tijd tot tijd passeert er iets dat onze aandacht trekt en ons een kleine shot dopamine geeft. En daardoor blijven we scrollen.
Loren Brichter, de 37-jarige software ontwerper die in 2009 met deze functie op de proppen kwam, had niet de bedoeling een verslaving in de wereld te zetten. Hij was op zoek naar een efficiënt alternatief voor de refresh knop, en in dat opzicht is pull to refresh een geniale inval, want je bespaart kostbare ruimte op het scherm omdat er geen knop voor nodig is. Sindsdien stelt Brichter zich echter vragen bij zijn eigen uitvinding. “Smartphones zijn nuttig, maar ze zijn verslavend,” zegt hij in een interview in The Guardian. “Pull-to-refresh is verslavend. Twitter is verslavend. Dat is niet oké. Ik denk dat ik niet volwassen genoeg was om daarover na te denken toen ik die dingen aan het ontwerpen was. Waarmee ik niet wil zeggen dat ik nu volwassen ben, maar toch iets volwassener, en ik betreur de nadelen.” Zelf legt Brichter elke avond om zeven uur zijn smartphone aan de oplader in de keuken en raakt hem niet meer aan tot de volgende dag.
Sinds ik dit las, kijk ik op een heel andere manier naar mijn smartphone. Wanneer ik hem gebruik om aan nuttige informatie te geraken, weet ik dat het in orde is. Maar wanneer ik ernaar grijp om te kijken of er misschien iets te lezen of te ontdekken valt, dan is het mis. Dan weet ik dat ik beter een boek zou pakken. En als ik me toch tot scrollen laat verleiden, dan doemt algauw het beeld op van een ratje in een kooi. Dat helpt om ermee te stoppen.
(*) voor de liefhebbers: operante conditionering met een variable ratio.